Logo koudekerke.info
voor 600 | 600-1200 | 1200-1650 | 1650-1800 | 1800-1850 | 1850-1900 | 1900-1940 | 1940-1944 | 1944-heden
algemeen
buitenplaatsen
- moesbosch
- westerbeek
- toornvliet
- vijvervreugd
- zeerust
- de triton
- bon repos
- anderwijk
- essenvelt
- de parel
- lustenburg

ontwikkeling dorp
infrastructuur
boerderijen
kustzone
wijk 't zand
buitenplaats Zeerust te Koudekerke
Buitenplaats Zeerust
 
Helaas zijn van dit kleine buitenplaatsje genaamd Zeerust geen afbeeldingen bekend waardoor we ons moeten baseren op kaarten en wat men zoal over dit buiten heeft opgeschreven. Zo beschreef Gragon Zeerust in de Walcherse Arcadia in 1715 als volgt: "Daar legt huis en hof van den Admiraal, dat klein, maar dies te bekoorlijker is en Zeerust genaamt wordt, als eene plaats, daar de Evertsen, na zo veele stormen en slagen, rust genoten." J. Poppe vermeldt in zijn publicatie in De Wete dat in opdracht van Cornelis Evertsen jr. (1642-1706) na 1667 het kleine maar bekoorlijke hof Zeerust werd gebouwd.(1) Cornelis Evertsen jr. was luitenant-admiraal en telg uit de beroemde zeeheldenfamilie Evertsen. Hij heroverde in 1667 Nieuw Nederland en Sint Eustatius.

Na het overlijden van Cornelis Evertsen jr. in november 1706, werd Zeerust bewoond door zijn broer Geleijn Evertsen. Beide heren bleven kinderloos. De zoon van hun broer Herman Evertsen bewoonde na de dood van Geleijn in 1721 nog geruime tijd de buitenplaats. Dit was Mr. Wilhelm Evertsen, griffier te Middelburg, welke getrouwd was met Maria Geertruid Lambrechtsen. Ook hij overleed tenslotte op Zeerust.
fragment kaart Hattinga 1750, met aangifte van  buitenplaats Zeerust te Koudekerke
1. LIGGING VAN 'T HOF ZEERUST TE MIDDEN VAN ANDERE BUITENPLAATSEN VOLGENS HATTINGA IN 1750
Buitenplaats Zeerust werd door Hattinga in 1750 afgebeeld op zijn kaart. Opvallend is uiteraard de hierop aangegeven centrale waterpatij en vrij uitgestrekte tuinen waar zich ook nog een tuinmanswoning bevond. De beplanting was volgens een formeel tuinontwerp aangebracht waarbij aan weerszijden van de centrale vijver nog twee L-vormige kanaaltjes waren gegraven. Door de tuin liepen diverse wandelpaden, welke achter de vijver een bocht maakten en zo op elkaar aansloten. Het herenhuis moet circa 10 meter breed zijn geweest en 8 meter diep. De oprijlaan had een lengte van 35 meter en de vijvers achter het huis hadden een breedte van zo'n 10 meter. Vermoedelijk hoorde de tuin, aan de westzijde van de weg, ook bij Zeerust.

Als eigenaar van Zeerust wordt door Hattinga de heer van Dishoek genoemd, mogelijk was dit Ewout van Dishoek welke bewindvoerder bij de VOC was. Van Dishoek zal de buitenplaats bewoond moeten hebben na de dood van Geleijn Evertsen tot het moment dat Wilhelm Evertsen, die pas in 1754 geboren werd, er kwam wonen. De volgende verkoop van het buitenplaatsje Zeerust duikt op in de Middelburgsche Courant van 26 augustus 1775. Hier werd aangekondigd dat 'uit de hand' een vermakelijke buitenplaats, van oudsher genaamd Zeerust met bijgelegen weilanden, met een gezamenlijke grootte 43 gemeten en 173 roeden te koop was. Hieronder waren 141 roeden zogenaamd 'vrijland', waaronder de hofstede met circa 1200 olmen en essen en bossages van elzen- en essenkaphout. Erbij werd vermeld, dat het buitenplaatsje op een kwartier buiten de langeviele poort van de stad Middelburg was gelegen en bestond uit een "heeren huizing, stalling, thuinmans wooning en en verdere opstal met of zonder de marmere en andere beelden, thuinmans gereedschappen." Het geheel werd door de Middelburgse makelaar Francois Duynkerke te koop aangeboden.(2) Uit het archief van de Rekenkamer van Zeeland blijkt de verkoop van het hof Zeerust met bijbehorende grond op 16 juli 1776 voor 2333 pond Vlaams. De hof wisselt dan van Hendrik Milet naar koper Thomas Holleman.(3)

De eerstvolgende verkoop van Zeerust vindt plaats op 12 september 1780(4). De buitenplaats wordt dan eigendom van Mr. Engelbert Johan van der Mandere, Rekenmeester der Provincie, oud raadslid van Middelburg en bewindhebber van de VOC. Zeerust wordt dan als volgt omschreven: "Eene buitenplaats of speelhof met zijne Heeren Huisinge en verder timmer daarop staande, genaamt 'Zeerust', gelegen aan de Stadcingel, buiten de Vlissingsche Poort in de Haymanblok aan de Zuidzijde van de Pier Schroeweg... ".

Van der Mandere heeft Zeerust niet lang bezeten, want op 17 februari 1784 verkoopt hij het al weer aan Mr. Daniël van Rhee, postmeester van beroep. Op enig moment hierna moet het buitenplaatsje weer in handen gekomen zijn van de familie Evertsen want op 22 april 1802 wordt door notaris Pieter van der Graft in Middelburg een akte opgemaakt, waarin de voorwaarden voor de verkoop van Zeerust worden geregeld. Dit gebeurt bij de afwikkeling van de nalatenschap van Mr. Wilhelm Evertsen waaruit kan worden opgemaakt, dat hij Zeerust weer in zijn bezit had gekregen. Bij de verkoop blijkt Anthony de Wind, lid van de Rechtbank te Middelburg met een bod van 1000 pond Vlaams de hoogste bieder. Deze bezat op dat moment ook de buitenplaats Veldzicht te Middelburg. Acht jaar later op 9 oktober 1810 blijkt het dagboek van Jacob Hendrik Schorer, burgemeester van Middelburg, te vermelden, dat hij op die dag eigenaar is geworden van de buitenplaats. Op dat moment is hij zelf met zijn vrouw Johanna Maria van den Brande eigenaar van het naastgelegen Toornvliet. Uit zijn aantekeningen blijkt dat hij Zeerust kocht met het oogmerk er later, als hij 'amptloos' zou zijn zich te kunnen 'amuseren met den landbouw'. Hierdoor vormde deze twee buitens enige jaren een aaneengesloten geheel. Dit duurde niet lang want vóór 1820 is Zeerust gesloopt en werden de herbruikbare bouwmaterialen verkocht.
fragment kadastraal verzamelplan Koudekerke, met aangifte van de voormalige buitenplaats Zeerust te Koudekerke blank fragment bonneblad 1912, met aangifte van de voormalige buitenplaats Zeerust te Koudekerke
2. KADASTRALE VERZAMELPLAN KOUDEKERKE 1811-1832   3. BONNEBLAD 1912
fragment topografische kaart 1949, met aangifte van de voormalige buitenplaats Zeerust te Koudekerke blank fragment topografische kaart 1962, met aangifte van de voormalige buitenplaats buitenplaats Zeerust te Koudekerke
4. TOPOGRAFISCHE KAART 1949   5. TOPOGRAFISCHE KAART 1962
De eerder genoemde tuinmanswoning bleef nog bestaan. Deze is, in tegenstelling tot het herenhuis, in 1823 nog aangegeven op het kadastrale minuutplan en het verzamelplan van de gemeente Koudekerke uit 1811-1832. De vijvers, die ooit deel uitmaakte van de buitenplaats, blijven daarna nog decennia lang bestaan. Zo zijn ze onder andere nog zichtbaar op de bonnebladen uit 1912 en 1925 waarop de tramspoorlijn is aangeven langs de zuidrand van wat ooit de tuin van Zeerust was. De tuinmanswoning verdwijnt dan overigens ook van de kaarten. Ook op de topgrafische kaart van 1949 staan de vijvers tot slot nog gedeeltelijk aangegeven, al zullen ze deels gereduceerd zijn tot slootjes, waaruit blijkt dat deze door de inundatie nog niet geheel waren uitgewist. Na de herverkaveling blijkt dit wel het geval te zijn. In de topografische kaart van 1962 blijken ze geheel verdwenen te zijn. Daarmee doet feitelijk niets meer herinneren aan Zeerust.

copyright © 2001-2024 Sjoerd de Nooijer
laatst bijgewerkt op: 31 05 2021

locatie:
Abeelseweg, Middelburg

bronvermelding:
tekst: Sjoerd de Nooijer
afb. 1: atlas hattinga, deel 8, 1750
afb. 2: minuutplan E2, 1811-1832
afb. 3: topografische kaart, 1912
afb. 4: topografische kaart, 1949
afb. 5: topografische kaart, 1969

geraadpleegde bronnen:
- Poppe, J., Zeerust, De Wete nr. 2, 1986
- Gargon, M., Walcherse Arcadia, Leiden, 1715-1717
- Koninklijke Bibliotheek
- www.kranten.kb.nl
- www.watwaswaar.nl

voetnoot 1:
Op de Walcherenkaart van de cartografen Nicolaas Visscher en Zacharias Roman uit 1655 is echter op de plaats waar volgens Poppe later Zeerust is gesticht al aanzienlijke beplanting en bebouwing te zien. Mogelijk is Zeerust dus eerder gebouwd of stond hier eerst een boerdeij.

voetnoot 2:
bron: Middelburgsche Courant 26-08-1775

voetnoot 3:
bron: Archief Rekenkamer van Zeeland D 69551, Transporten onroerend goed Walcheren (2) 1757-1805

voetnoot 4:
Poppe maakt in zijn beschrijving over Zeerust ten onrechte melding van een verkoop van Zeerust in 1777 waarbij de buitenplaats ook een andere naam zou hebben gedragen. Dit is echter onjuist. De hier genoemde verkoop betrof niet Zeerust, maar de buitenplaats Veldzicht net buiten het grondgebied van Koudekerke