Direct ten zuiden
van de buitenplaats Zeerust
lag, tegen de grens van het Koudekerks grondgebied in het Beverenambacht
en het 'Schuylwervenwerf block' (64), de tot op heden vrij onbekend gebleven
buitenplaats Lustenburg. Op de Walcherenkaart van Nicolaas Visscher en Zacharias
Roman uit 1655 en de kaart van Christoffel Bernaerds uit 1641 zien we, dat
die bewuste plek nog onbebouwd is. In 1750 is dat veranderd en wordt Lustenburg
voor het eerst aangegeven op de kaart van het eiland Walcheren door de gebroeders
Hattinga. Hierbij wordt de heer C. Damme als eigenaar genoemd. Christiaan
Damme (1700-1761) was een verdienstelijk wijnkoper en notaris te Middelburg
en was gehuwd met Elizabeth de Warem (17..-1764). Vermoedelijk heeft hij,
zoals destijds wel gebruikelijk was, alleen in de zomermaanden op Lustenburg
vertoefd en woonde hij de rest van het jaar in Middelburg waar hij het huis
'De Gouden Haan' aan de Houtkaai te Middelburg bezat.(1)
In de Middelbursche Courant van 28 oktober 1779 wordt Lustenburg genoemd,
als er een grote partij bomen verkocht wordt: "Op Saturdag
den 13 November 1779, des Morgens, ten 9 uuren, zal men, buyten de langevyle
poort der Stad Middelburg, tussen het Zand en den Grooten Abeele, op 't
Hof Lustenburg, naast het Hof Zee Rust, met den Stokke, presenteren te Verkoopen
1200 à 1300 Olmen en Esse boomen, bekwaam tot allerley Werkhout."
Uit de verkoping wordt niet duidelijk of dit extreem grote aantal bomen
alleen van het terrein van Lustenburg kwam, waarschijnlijker is het, dat
het hier ging om een partij bomen die was verzameld in de omgeving en hier
werd verkocht.(2)
Een tweede verkoping van een grote partij hout werd aangekondigd in de Middelburgsce
Courant van 4 januari 1827: "Publieke verkooping op
de hofstede Lustenburg, aan den Abeelschen Zandweg, onder de Gemeente van
Koudekerke, op Vrijdag den 12 Januari 1827, des morgens om tien uren, van
een groote partij tronken en mutsaard." Met tronken werden destijds
knotwilgen bedoeld en mutsaard is een oude benaming voor een takkenbos of
brandhout.(3)
Er zijn voor zover bekend geen afbeeldingen van de buitenplaats bewaard
gebleven, waaruit kan worden opgemaakt hoe deze er uit heeft gezien. We
moeten het dus doen met enkele oude kaarten en een enkele aanwijzing, die
opduikt in een krantenadvertentie van 24 maart 1828. Hierin werd de schade
na een onweersbui op 21 maart van dat jaar beschreven en wordt een klein
detail onthuld: "Bij eene vrij zware onweersbui, welke
vrijdag jl. over het eiland trok, is de bliksem geslagen in een arbeiderswoning
op de in de nabijheid dezer stad gelegen buitenplaats Torenvliet, alsook
in den koepel van het daarbij liggende hof Lustenburg, en heeft op beide
plaatsen eenige schade aangericht, zonder echter brand te veroorzaken."(4)
2. BUITENPLAATS LUSTENBURG OP ANONIEME
KAART UIT 1809
3. MINUUTPLAN SECTIE E KOUDEKERKE
1811-1832
De in het krantenartikel genoemde
koepel bevond zich in de tuin van Lustenburg op een perceel met de veldnaam
't Eiland. Dergelijke koepels werden wel vaker in tuinen van buitenplaatsen
gebouwd, ter verfraaiing van het geheel en zijn er in vele soorten en maten
gebouwd. Onder andere bij kasteel Ter
Hooge is een koepel bekend, die in deze periode is gebouwd. Als de kadastrale
minuutplans worden geraadpleegd, die zijn opgemeten in 1813 en gepubliceerd
in 1823, wordt duidelijk waar de koepel bij Lustenburg zich bevond en hoe
deze er ongeveer uit zal hebben gezien: Een klein 8-hoekig object op 't
Eiland dat via twee bruggentjes of dammen bereikt kon worden. De koepel
werd hier aangeduid als zomerhuis. Het perceel werd omgeven door een vijver
welke na 1750 of mogelijk zelfs na 1809 een meer landschappelijke vorm heeft
gekregen en ooit om het L-vormige herenhuis heen liep. De L-vormige bebouwing,
die nog op de kaart uit 1750 stond aangegeven moet dus in ieder geval voor
1813 zijn verdwenen omdat deze op de kadastrale minuutplans ontbreekt. Het
herenhuis zal niet lang hiervoor ter ziele zijn gegaan want op een anonieme
franstalige kaart van Walcheren uit 1809, wordt nog wel schematische bebouwing
op het eiland aangegeven. Als er vanuit wordt gegaan, dat kleine tuinkoepels
niet werden aangegeven op dergelijke kaarten, zou dit betekenen dat het
herenhuis dus tussen 1809 en 1813 moet zijn gesloopt. De boerenhoeve, die
vermoedelijk na 1750 is gebouwd, draagt vanaf dat moment de naam Lustenburg.
Als de aanwijzende tafels bij het kadastrale minuutplan worden geraadpleegd,
duikt de naam van de Middelburgse notaris Pieter van der Gragt op als eigenaar
van de percelen 221-232. Van hem is bekend, dat hij getrouwd was met Cornelia
Hendrina Boluijt. Lustenburg omvat op dat moment 3 percelen weiland, een
perceel bouwland, twee percelen boomgaard, een huis met erf, een zomerhuis
(de koepel), een bakkeet (naast de vijver) en drie percelen die als 'terrein
van vermaak' werden aangeduid (waaronder de vijver). Dit laatste duidt er
op, dat in ieder geval tot 1823 nog sprake was van een zogenaamd 'speelhof'
zoals er in Koudekerke wel meerdere bestonden, bijvoorbeeld Bon
Repos. Ook uit het eerder genoemde krantenartikel uit 1828 valt op te
maken, dat Lustenburg dan alleen nog als een (speel)hof wordt aangeduid
en niet langer als buitenplaats, zoals bijvoorbeeld Toornvliet.
Het verschil tussen de speelhof Lustenburg en andere buitenplaatsen in de
omgeving wordt ook duidelijk, als de kaart uit 1809 wordt vergeleken met
die uit 1750. Op de kaart uit 1750 lijken nog enkele parterres bij Lustenburg
te zijn aangegeven, welke aansluiten op de tuinen bij buitenplaats Zeerust.
Op de kaart uit 1809 is alleen nog de vijverpartij zichtbaar en is een duidelijk
verschil qua tuinaanleg met de omringende buitenplaatsen waarneembaar.
4. VELDMINUUT
MIDDELBURG 1857, MET AANGIFTE VAN LUSTENBURG
Hoe lang Pieter
van der Gragt op Lustenburg heeft vertoefd is (nog) onduidelijk. Pas in
1860 duikt de naam van de voormalige buitenplaats opnieuw op. Op 18 februari
1860 bood Notaris P. Loeff in herberg De Hoop in het openbaar hofstede Lustenburg
te koop aan. Samen met de hofstede werden 13 percelen wei- en bouwland in
Koudekerke en Oost en West-Souburg met een omvang van 22 bunders, 14 roeden
en 30 ellen verkocht voor f. 23.873,50.(5)
Vermoedelijk werd Lourens de Klerk toen de de nieuwe bewoner.Een maand na
de aankoop is hij plots op 78-jarige leeftijd overleden. Erg lang heeft
hij dus niet van Lustenburg kunnen genieten. Of dat ook z'n bedoeling was
is de vraag, want nog voor zijn overlijden stond de ‘boeren inspan’
te koop, getuige een advertentie in de Middelburgsche Courant van 15 maart
1860 waarin onder andere twee paarden, melkkoeien, vaarzen, kalveren, varkens,
hoenders, ploegen, eggen, een windmolen, kruiwagens en huisraad te koop
werden aangeboden.(6) In latere aankondigingen
van deze verkoop werd aan de advertentie toegevoegd, dat de hofstede Lustenburg
bewoond geweest was door 'wijlen Lourens de Klerk'.(7)
Wie er na Lourens op Lustenburg woonde en of de hof zijn naam daarna wel
eer aan deed is nog onbekend. In ieder geval zijn tot 1919 geen openbare
verkopen opgedoken en zal de hof vermoedelijk aaneengesloten bewoond zijn
geweest.
In herberg Pax Intrantibus
werd op dinsdag 22 juli 1919 door notaris mr. Jan Loeff, de hofstede Lustenburg
en bijbehorende landen te Koudekerke aan de Abeelschen Straatweg verkocht.
De hofstede met 2,8 h.a. bouw-, moes- en weiland, kwam in handen van Simon
Minderhoud te Koudekerke voor f. 19.475,-. De overige 8,5 h.a. grond werd
onder andere kopers verdeeld waardoor gesteld kan worden, dat de hofstede
aanzienlijk in omvang afnam! Ook deze openbare verkoop werd gevolgd door
een openbare verkoop van de inspan op 30 juli 1919 op de hofstede. Simon
Minderhoud was in 1906 getrouwd met de uit Koudekerke afkomstige Cornelia
Jozina Dekker.(8)
5. TOPOGRAFISCHE KAART 1949
6. TOPOGRAFISCHE KAART 1962
De herverkaveling, die tussen 1947 en
1958 plaatsvond, zorgde er tenslotte voor, dat de vijverpartijen die de
inundatie overleefden, definitief uit het landschap verdwenen. Op de topografische
kaart uit 1949 zijn de restanten van de vijver nog wel aanwezig, maar op
latere kaarten zijn ze verdwenen en is alleen de naam Lustenburg nog enkele
decennia terug te vinden bij de hofstede, die op deze plaats bleef bestaan.
Tegenwoodig staat op deze plaats een vrijstaande villa (datering 1990-2000)
met een iets oudere opslagloods. Voor de oprijlaan bevinden zich twee eenvoudige
palen waarop de teksten 'Lusten' en 'Burg' staan aangegeven.